BORNE – Het college van B en W wil het gebouw en perceel officieel overdragen aan de vrienden van het Spanjaardgemaal. „Geweldig, nu kunnen we echt verder.”

Nadat de gemeenteraad vorig jaar al akkoord ging met aankoop van het Spanjaardgemaal door de gemeente Borne, wordt de raad nu gevraagd in te stemmen met overdracht van het complex aan de Stichting Vrienden van het Spanjaardgemaal.  Daarvoor wordt een gebruiksovereenkomst opgesteld. „Dit is een heel belangrijke stap voor ons”, zegt secretaris Peter Welles van de stichting. „Nu we eigenaar zijn, kunnen we officieel subsidies aanvragen en onze werkzaamheden voortzetten.”

Subsidies aanvragen

Er zijn vele tienduizenden euro’s nodig. Deze week ging de aanvraag voor een Europese Leaderbijdrage de deur uit. Bovendien zegde het Rabofonds recent 5000 euro toe. „Dat laatste bedrag steken we meteen in het opknappen van het pand. Er moet zowel binnen als buiten veel gebeuren. Tijdens een bouwkundige keuring is onverwacht asbest aangetroffen, dat wordt nu verwijderd. We hopen in het najaar zover te zijn dat publiek tijdens Open Monumentendag voor het eerst binnen kan kijken.”

Rustpunt

Het uit 1916 daterende gemaal ligt op de hoek Piepersveldweg/Veldhuisweg, aan de rand van de nieuwe wijk Bornsche Maten. De stichting wil het gemaal en bijbehorende terrein opknappen en inrichten als educatief en recreatief rustpunt.  

Het gemaal diende ooit om water te pompen uit de Deurningerbeek. Dat water werd gebruikt voor het verven en bleken van stoffen van textielfabriek Spanjaard. Peter Welles: „Wij vinden het belangrijk dit gemaal te bewaren voor latere generaties. En om scholieren kennis te laten maken met een bijzonder stukje Bornse historie.”

Ontwerp klaar

Hij heeft er alle vertrouwen in dat dat al over een jaar kan. „Binnenkort wordt het terrein rondom het gebouwtje opgeknapt. Daarvoor ligt een plan klaar van Landschap Overijssel. Een bedrijf voert het werk  grotendeels uit. Er wordt een vijver gegraven die meteen dienst doet voor de opvang van overtollig regenwater. Verder worden een dam en vlonder gebouwd, eiken gekapt en andere boomsoorten geplant. Het onderhoud doen we daarna zelf, met hulp van Aveleijnmedewerkers, die nu helaas in quarantaine zitten.” 

Vrijwilligers

Zelf loopt Welles elke week een rondje om te inspecteren of er geen vreemde dingen gebeuren. „Er is altijd wel werk te doen, vooral na de verbouwing en herinrichting van het pand. Denk aan het bijhouden van de tuin en het verzorgen van rondleidingen. Wij zijn allemaal vrijwilligers, en kunnen nog steeds extra medewerkers gebruiken.”

(Tubantia 11 april 2020)